Ezra 1: 3 Laten al diegenen onder u die tot zijn volk behoren, zich met de hulp van hun God naar Jeruzalem in Juda begeven om er de tempel van de HEER weer op te bouwen, de God van Israël, de God die in Jeruzalem woont.
Lieve broeders en zusters,
Overdenking
De Heer toont het volk dat in Babylon in ballingschap verkeert, zijn grote genade. Zoals Jeremia al had voorspeld maakte de Heer een einde aan de ballingschap voor deze rest van het volk, dat was overgebleven na de vernietiging van Juda. De Here legt in het hart van koning Kores dat hij het Joodse volk toestemming geeft om terug te keren naar Jeruzalem. Dat gebeurt op een bijzondere manier: Kores beveelt de Babyloniërs waartussen de Joden wonen, om de Joodse emigranten, hun mededorpsbewoners dus, te helpen door hun zilver, goud, spullen en vee te geven. Dat doet hij niet alleen om de mensen voldoende spullen mee te geven om in Juda (gemakshalve: heel Israël) weer een bestaan op te bouwen. Nee, hij doet dit ook omdat hij het volk opdracht geeft om de tempel voor hun God, de plek van aanbidding, weer te herstellen. Verder beveelt Kores ook nog om vrijwillige gaven te geven die voor de herbouw van de tempel zijn bestemd! (zie vers 4). Tegelijk zorgt Kores ervoor dat alle spullen, die ooit uit de tempel waren meegenomen en in de schatkamers van de koning lagen, mee terug moet naar Jeruzalem.
Wat een fantastisch beeld van zegen en genade! Waarschijnlijk waren de Joodse ballingen in Perzië vooral arme mensen. Zij worden onverdiend overladen met geschenken en rijkdom en krijgen de volle steun van de koning om de tempel te herbouwen. Een heidense koning, wordt door de Here gebruikt om zijn volk terug te brengen, en dan ook nog eens niet met lege handen. Zo kan men de tempel herbouwen en de Here weer eren op de plek waar Hij als Koning zal heersen.
Niet is bij de Heer onmogelijk. Hij houdt de wereld in zijn hand. Alleen de Here bepaalt het moment waarop Hij gaat ingrijpen. Niet wij. We mogen erom bidden, misschien dat Hij ons verhoort en dan gaat handelen. Ik denk persoonlijk dat Hij ernaar verlangt dat zijn kinderen samen bidden en dat Hij dan wil ingrijpen in situaties. Zodat de Here wordt geëerd, de aanbidding ontvangt die Hem toekomt!
Dat geldt ook voor de gemeente. Ik vind het niet normaal dat zoveel van ons ziek zijn. Ja natuurlijk is er sprake van ouderdom en een rondwarend virus en worden altijd mensen ziek. Maar allemaal vlak achter elkaar of tegelijk? Worden we soms aangevallen, omdat de Here een plan heeft met ons en de satan dat wil verijdelen? Wij willen toch leven als discipelen van Jezus en Gods glorie weerspiegelen? Dat betekent geestelijke strijd, die zich kan vertalen naar lichamelijke strijd.
Dus: laat ons bidden! Bid om bescherming. Bid voor herstel van de zieken. Bid voor de doopstudie en voor de jeugd. Dat alle tieners hun leven volkomen aan de Here overgeven. En laten wij hen daarin voorgaan! In een leven van gebed, en inzet in Gods koninkrijk.
Praktische zaken
Doopstudie
Komende zondag hebben we met de D-Light Crew de doopstudie. De tweede (voor zover we het niet in één ochtend redden) is gepland op 22 november. Als raad hebben we al contact gelegd voor een mogelijke doopdienst in de Kooikapel op 13 december; dan is het gebouw (’s middags) voor ons beschikbaar! Dus wij hebben dit al gereserveerd; nu bidden dat er dopelingen komen! Hopelijk kan dit doorgaan, en gooit de corona-situatie geen roet in het eten. Mocht je ook bij de studie willen zijn, maar inmiddels wat ouder zijn dan de tieners van de D-Light Crew: neem contact met me op. Je kunt aanschuiven.