Het thema van deze 4 gebedsavond is “doopt hen”
In Mattheüs 28:19 staat: Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb.
Vindt u het ook niet vreemd, dat er tussen het ‘heengaan om discipelen te maken’ en ‘leert hen onderhouden’, twee toch grootse opdrachten, eigenlijk zo’n kleine opdracht als het dopen wordt genoemd? Toch krijg je de indruk, dat dit voor Jezus juist een heel belangrijk punt is.
Daarvoor wil ik even een vergelijking maken met een schip. Vorige week hebben we het gehad over de vissers, vandaag dus over een schip. Wanneer een schip op de scheepswerf wordt gebouwd, heeft dat een bedoeling. Niet, dat het schip op die plaats als interessant object ten toon gesteld zal worden. Nee, de bedoeling is het ruime sop, het transport over water van mensen en goederen. Daarom zullen, als het casco klaar is en het schip kan drijven, de blokken onder het schip worden weg gehaald, zodat het schip te water zal gaan. Dat is het moment, dat belangrijke mensen met een fles champagne komen aanzetten om het schip te ‘dopen’.
Laten we het voorbeeld even vertalen: mensen, die voor het eerst in aanraking komen met het evangelie en er gehoor aan geven, zullen ontdekken, dat er geloof gaat groeien in hun hart. Het is niet de bedoeling, dat het daarbij blijft. Daartoe ben je niet als mens geschapen. Toch heb je veel mensen, die op dit punt zeggen: het is genoeg. Of ze lopen weg, of ze blijven dierbaar mijmeren over hun geloof. Maar Jezus wil dit niet, Hij wil een stap verder. Hij wil een keuze van ons hart, niet van onze mond, maar van ons hart. Een keuze, die we bereid zijn te tonen aan de wereld. Dat is de doop, laten zien dat we niet blijven toe kijken, maar een stap zetten. En dan begint het pas, je gaat te water, je doel tegemoet. Misschien moet er eerst nog wat verder gebouwd worden aan het interieur, aan instrumentarium, aan motoren, maar je ligt in het water.
Dopen heeft alles te maken met een keuze. Niet meer afwachten, niet meer discussiëren, niet meer vrijblijvend meedoen, …
Maar dopen is nog meer.
Dat blijkt ook al uit het begin van Jezus’ bediening als Hij zich wil laten dopen door Johannes (Matth. 3:13-17). Eigenlijk was het helemaal niet nodig, dat Jezus zich liet dopen. Hij was toch zonder zonde? Hij had toch niet de afwassing van zonde nodig? Maar Jezus wil zich vereenzelvigen met de zondaren en wil daarom de doop ontvangen.
Hieruit spreekt een belangrijk gegeven: je vereenzelvigen met, deel uitmaken van. Met de doop laat je ook zien: ik hoor vanaf nu bij hen, die geloven in Jezus.
In Efeze 2:19 wordt dit omschreven met ‘huisgenoten van God’. Je gaat deel uitmaken van Gods huisgezin: de gemeente.
Sommigen denken te kunnen geloven zonder de gemeente, in hun eentje. Ze hebben de gemeente niet nodig en redden het zonder ook wel. Maar ze beseffen niet, dat dit niet Gods bedoeling is. De gemeente is juist een heel belangrijke plaats voor de gelovigen. Daar ontvang je
- bemoediging en ondersteuning (Gal 6: 1,2)
- geestelijke voeding
- correctie op je leven
- besef van Gods liefde (samen met alle heiligen in staat zijn te beseffen hoe groot de liefde van God is; Efeze 3: 18)
- groei in bedieningen / discipelschap (1 Cor 12: 4-22)
Paulus beschrijft de gemeente zelfs als het lichaam van Jezus, waarbij ieder lid belangrijk is. Ieder lid heeft speciale gaven en talenten gekregen, waarmee hij/zij de gemeente kan dienen. En die verschillende gaven en talenten zijn ook juist nodig om het lichaam als geheel goed te laten functioneren.
Dit houdt dus in, dat dopen verder gaat dan alleen de keus maken voor Jezus. Het geloofsschip wordt verder gebouwd, om het beeld van eerder nog maar eens aan te halen. En als schip behoor je tot een vloot van schepen, allemaal met dat doel, om Jezus’s wil te doen: Hem te aanbidden, van Hem te vertellen, Hem te dienen, je naaste te dienen.
Dopen heeft daarmee ook te maken met toewijding. Je maakt de stap naar Jezus, je bent bereid om je leven te geven aan Hem, je wilt je laten voeden en corrigeren, je bent bereid om je naaste te gaan dienen.
Maar die stap maken we misschien wel vaker dan die ene keer tijdens de onderdompeling bij de doop. Wanneer we aangesproken worden op ons leven, is er steeds weer die keus: laten we God zijn werk in ons doen, zijn we bereid om te veranderen of om actief te worden, of … laten we het voor wat het is, laten we Zijn stem wegsterven in onze bezwaren. Toewijding is een voortdurend proces, wat van levensbelang is. Ook in dit geval geldt: stilstand is achteruitgang.
Als we gaan bidden, kunnen we aan de volgende gebedspunten denken:
- Heer, dank U voor Jezus, die één met ons wilde zijn en koos voor de weg van het kruis.
- Heer, dank U voor de gemeente, waarin U zich wilt openbaren, uw Liefde wilt laten zien.
- Heer, maak ons duidelijk, waar we niet tot een echte keuze komen in ons geloofsleven.
- Heer, laat ons zien, welke belemmeringen in ons leven zijn, om tot een keuze te komen in ons geloofsleven.
- Heer, help ons om ons toe te wijden aan U en aan uw gemeente (uw lichaam).
- Heer help ons om open te staan voor wat de gemeente voor ons mag betekenen (voeding, groei, correctie, bemoediging).
- Heer, geef ons een blij hart over U, zodat ook anderen de stap naar U zullen maken, en zich zullen laten dopen.
- Heer, geef ons een blij hart over de gemeente, zodat ook anderen de stap zullen maken zich aan de gemeente toe te wijden.
- Heer, geef ons de moed, om over onze eigen keuze voor U en de gemeente te willen spreken.